Vanuit Addo naar Dwesa

18 maart 2010 - Drakensbergen, Zuid-Afrika

huisje Dwesa

uitzicht huisje Dwesa

baai Dwesa

 

Zondag 14 maart

Opa is jarig. Hij gaat lekker een balletje eten bij van der Valk. Wij zijn er hier in dit continent extra vroeg voor opgestaan omdat wij ons hebben opgegeven voor de sunrise safari die om 6 uur vertrekt.

Wij hadden dezelfde gids als bij de night tour en helaas ook hetzelfde resultaat. We hebben er wel van geleerd om wat meer door te vragen wat een tour inhoudt, want dit konden we zelf ook. Dat hebben we ’s middags ook nog een keertje gedaan met onze eigen auto.

Wat een goede service is die hier wordt geboden is de laundry service. Je brengt ’s ochtends, het liefst rond 7 uur, je was en ’s middags is die klaar, gevouwen en al. Je moet er natuurlijk wel voor betalen maar het is een schijntje vergeleken met het gedoe van op de hand wassen en wachten tot er weer wat droog is en de volgende paar t-shirts weer op gehangen kunnen worden.

’s Avonds hebben we lekker gebraait en een wijntje gedronken op Opa.

Maandag 15 maart

Vandaag reizen we van Addo naar Dwesa Nature Reserve. Het is een flinke reis maar je moet af en toe een afstand overbruggen om weer in nieuw gebied te komen. En dat is gelukt!

Dwesa ligt in Transkei. Dat is een gebied waar weinig tot geen blanken wonen en dat is een aparte ervaring. Het soort huizen verandert ook. Je ziet meer ronde, vaak fel gekleurde huisjes met rieten daken die verspreid door het land liggen. Het ziet er allemaal verzorgd en kleurig uit. Niet rijk maar ook niet zo erg als de golfplaten krotten die we bij Kaapstad bijvoorbeeld zagen.

Als je door de dorpen rijdt, zie je overal zwarte mensen, iedereen is op straat lijkt het wel. Er rijden busjes en bakkies (soort pickup-trucks met kunststof kap) af en aan. Langs de kant van de weg in het centrum zijn een soort kraampjes met waren. Wij waren in de wijde omtrek de enige blanken en trokken veel bekijks. Maar, dat moet ook even gezegd, we hebben ons geen moment onveilig gevoeld. Het is nooit bedreigend of iets dergelijks. Wijzelf zijn ons er wel ineens heel erg van bewust dat we blank zijn en in vergelijking ontzettend rijk. Is toch een beetje beladen in dit land voor ons gevoel.

Dwesa was voor ons bedoeld als een tussenstop op weg naar de Drakensbergen maar hier hadden we een kleine misrekening gemaakt. De weg naar Dwesa toe is onverhard en baie slecht. Vanaf de ‘snelweg’ was het een kilometer of 70 maar daar hebben we meer dan 2 uur over gedaan.

Het park is heel mooi. Het ligt aan de kust en heeft een schitterend strand. De huisjes liggen in het bos op palen. Je kijkt vanaf je balkon over de boomtoppen uit, heel erg mooi! Maar elk voordeel heeft weer een nadeel; er is geen electriciteit! Komen wij met onze laptops, printer, ipods aanzetten. Alles moest dus op rantsoen. Op elke kamer stonden kaarsen en in de woonkamer was ook nog een gaslampje, dus wel gezellig.

Dinsdag 16 maart

’s Ochtends hebben de kinderen schoolwerk gedaan. Roberto en Judith hebben een kleine poging tot vogelen gedaan maar dat was een beetje halfbakken. In het bos vogelen is lastig en we moesten steeds weer terug om de kinderen bij te staan.

’s Middags zijn we lekker op het strand geweest. Het is een baaitje helemaal voor ons alleen. De jongens hebben lekker met de bal voetbalgolf gespeeld en de meisjes hebben gezonnebaad (voor het eerst op deze trip overigens). Het was heerlijk, precies de goede temperatuur (zo’n 25 graden) en heel ontspannen.

Omdat we de volgende dag vroeg weg willen hebben we de auto alvast ingepakt. Het huisje staat zogezegd op palen en de klim met de koffers is niet heel fijn. Om dat heel vroeg in de ochtend in de schemering te doen leek ons niet zo’n goed plan.

We zijn nog even gaan navragen of het hek wel zo vroeg open ging en dat was volgens de meneer bij het hek geen probleem. Hij spreekt heel gebrekkig Engels en hij begon een heel gesprek. Judith maakt er van dat er iets is met een bus en Roberto denkt dat we een pas krijgen bij het vertrek. Volgens vriendelijk gebruik hebben wij maar veel ja gezegd tegen deze meneer. In ieder geval waren we het er allebei over eens dat we er niets van begrepen.

Woensdag 17 maart

We willen om 7 uur gaan rijden, dus weer vroeg op. Om kwart voor 7 wordt er aan de deur geklopt. Daar staat de meneer van het hek, keurig aangekleed met pet, om te vertellen dat hij klaar is. Judith kijkt hem glazig aan. De meneer kijkt vervolgens heel erg teleurgesteld en vraagt; “Did you forget?”

We voelen ons gelijk heel schuldig en na nog wat heen en weer gepraat blijkt dat hij ons de dag ervoor heeft gevraagd of hij een stuk met ons mee mag rijden. Blijkbaar hebben we ja gezegd in onze onschuld. De auto is al heel vol maar we voelen ons te schuldig om nee te durven zeggen dus de meneer gaat ook mee. We hebben hem Apoe genoemd. We durfden hem eigenlijk niets te vragen omdat we de antwoorden steeds niet begrijpen, dus er is geen boeiende conversatie ontstaan.

Het gezicht van Apoe op het moment dat hij bij ons instapte; een grote blijde lach van oor tot oor, zullen we niet snel vergeten. Hij was oprecht zo blij dat hij mee mocht. Ook de mevrouw bij het hek die zijn taak overnam stond zo blij te kijken en te zwaaien. We hebben hem een heel eind op weg geholpen. Hij is zeker 200km met ons mee gereden en toen moest hij nog maar 10km naar zijn cousin. Ook bij het uitstappen blijft Apoe stralen en lachen en zwaaien.

Onderweg kwamen we in ieder dorp schoolkinderen tegen. Elk dorp heeft zijn eigen schooluniform en ze komen van heinde en verre aanlopen. Als we langsreden zwaaiden ze vaak naar ons, zo’n rariteit waren we wel. Eenmaal op de verharde weg gaat het sneller. Nog steeds veel mensen op straat. In de grootste stad Umthatha staan letterlijk duizenden mensen langs de weg. Iedereen probeert je wat te verkopen. Bij een stoplicht komen drie verschillende mannen met vis langs de auto. De vis zit overigens onder de modder. Omdat de auto toch al vol zit, besluiten we uiteindelijk toch maar geen van de aangeboden vissen te kopen.

Nadat we Apoe hebben afgezet, gaan Roberto en Bas naar de plaatselijke supermarkt voor wat eten en drinken. Ook in dit dorp zijn we de enige blanken en de heren hebben wel bekijks in de winkel. Ze torenen ook overal bovenuit. Het blijft apart.

Terwijl we de rit voortzetten komen we langzaam weer in wat meer blank gebied. De borden langs de weg komen weer in het Afrikaans te staan en bij de supermarkt waar we voorraad inslaan zijn weer blanken en kleurlingen.

Eindelijk komen we dan aan bij Giant’s Castle. Dit is een park dat ligt in de Drakensbergen in KwaZulu Natal. We hebben een echt huis met drie slaapkamers en electriciteit!

 

Foto’s

1 Reactie

  1. Ingeborg:
    19 maart 2010
    Tjonge wat eenblevenissen allemaal! Lijkt me erg indrukwekkend. Wel jammer dat de dieren zich tot op heden nog wat schuil gehouden hebben... Nu ja, de foto's zijn al erg fraai. En dat gebrek aan elektra her en der? wist je dat van te voren niet? Verder klinkt het fantastisch allemaal!!
    Haha, wel erg grappig zo'n misverstand door gebrek aan taal over en weer!! Ik kan me goed voorstellen dat jullie even in 2 strijd hebebn gestaan... 's Lnads wijs, 's lands eer moet je maar denken! ;) Geniet maar goed verder!
    Oja, Hebben jullie meegekregen dat er één of andere hoos over Fiji is gegegaan?? ik weet dat er erg veel schade is op de eilanden daar. Hopelijk levert het geen probleem op voor jullie stop daar. Maar is gelukkig nog ver weg!
    Ben weer benieuwd naar jullie volgende berichtjes! Leuk om te volgen in ieder geval!!
    groetjes weer!!